Bepaling van het risico op hart- en vaatziekten

  • Stap 1: opstellen van het risicoprofiel (ABCDEF) in ‘5 minuten’

    Zie ook: algoritme klik hier

    Bij alle patiënten tussen 40 en 75 jaar die de huisarts consulteren, wordt een cardiovasculair profiel opgesteld.

    De vragenlijst aangevuld met een bloeddrukmeting, geeft informatie over de zes belangrijke risicofactoren voor hart- en vaatziekten: ≥50 jaar, hoge bloeddruk, roken, diabetes type 2, persoonlijk en/of familiaal ischemisch event. Hiermee kan de huisarts het risiconiveau van de patiënt bepalen.

    ABCDEF: A= Age, B= Bloeddruk, C=Cigaret, D=Diabetes mellitus type 2, E= persoonlijk ischemisch Event, F= Familiaal ischemisch event

    Stap 2: risiciobepaling en classificatie

    Zie ook: algoritme klik hier

    De patiënten worden in vier risicogroepen ingedeeld volgens het voorkomen van één of meerdere risicofactoren.

    Groep 1: Risiconiveau: HOOG code rood

    Patiënten met een persoonlijke voorgeschiedenis van cardiovasculair lijden (E+) of patiënten met diabetes type 2 met minstens één bijkomende risicofactor (D+).

    Deze personen hebben een hoog risico op een recidief (voor patiënten met E+) of eerste event (D+).

    Bij deze patiënten mag geen SCORE-tabel worden gebruikt om hun cardiovasculair risico in te schatten. Door hun medische voorgeschiedenis wordt hun risico gelijkgesteld aan een geschat risico van meer dan 10% om over tien jaar een fataal coronair of cerebraal incident door te maken.

    Groep 2: Risiconiveau: LAAG code groen

    Patiënten zonder risicofactoren (negatief voor ABCDEF).

    Deze personen hebben geen enkele klinische risicofactor. Cholesterolbepaling in die groep is overbodig, behalve bij gekende familiale hypercholesterolemie.

    Groep 3: Risiconiveau: LAAG maar dit risico wordt in de toekomst bedreigd: code bruin

    Patiënten die enkel roken als risicofactor hebben (ABDEF- maar C+).

    Deze personen zijn jonger dan 50 jaar en hebben naast roken geen andere risicofactor voor hart- en vaatziekten. Cholesterolbepaling in die groep is overbodig, behalve bij gekende familiale hypercholesterolemie.

    Stoppen met roken is het enige therapeutische doel, wat de cholesterol- en vetwaarden ook zijn.

    Groep 4: Risiconiveau: ONBEPAALD risico na deze klinische evaluatie: code grijs

    Patiënten met andere risicofactoren positief: A+ (leeftijd ouder dan 50 jaar), B+ (hoge of behandelde bloeddruk) of F+ (familiale voorgeschiedenis).

    Een bloedafname is vereist om het risiconiveau te bepalen: totaalcholesterol, HDL-cholesterol en ratio zijn nodig. Deze resultaten worden in de SCORE-risicotabel ingebracht (klik hier).

    Het cijfer geeft het risico weer dat de patiënt loopt om binnen tien jaar te overlijden aan een ischemisch cardiovasculair event.

    • Vermenigvuldig de gevonden score met 1,5 als de familiale voorgeschiedenis positief is (F+).
    • Sommige risicofactoren worden in deze risicotabellen niet gekwantificeerd. Als ze bij een patiënt aanwezig zijn, wordt het risico mogelijk onderschat. Pas het risico daarom aan:
      • bij zwaarlijvige personen of personen die een sedentair leven leiden;
      • bij asymptomatische patiënten met een preklinisch bewijs van arteriosclerose (bijvoorbeeld op een CTscan of een echografie).
    • Als de patiënt rookt, beschouw hem dan voor de eerste risico-evaluatie als een niet-roker. Als hij hierdoor één risiconiveau daalt, overweeg dan om hem eerst gedurende zes maanden rookstopbegeleiding aan te bieden samen met een aangepast leefstijladvies. Evalueer het risico opnieuw na zes maanden.

    Uiteindelijk worden alle patiënten uit groep 4 ingedeeld in drie risicocategorieën:

    • Hoog cardiovasculair risico >10% kans om binnen 10 jaar te overlijden aan een ischemisch cardiovasculair event
    • Matig cardiovasculair risico 5-9% kans om binnen 10 jaar te overlijden aan een ischemisch cardiovasculair event
    • Laag cardiovasculair risico 0-4% kans om binnen 10 jaar te overlijden aan een ischemisch cardiovasculair event

    Stap 3: behandeling en opvolging

    Zie ook: algoritme klik hier

    De therapeutische mogelijkheden, zowel medicamenteus als niet-medicamenteus, zijn afhankelijk van de risicobepaling.

    Bij iedereen, ongeacht de hoogte van het risico, zijn leefstijladviezen aanbevolen: niet beginnen roken of stoppen met roken, en gezonde voeding en fysieke activiteit.

    • Patiënten met een hoog cardiovasculair risico (rood): opvolging drie- à viermaal per jaar.
    • Patiënten met een matig cardiovasculair risico (oranje): jaarlijkse evaluatie van het risico.
    • Patiënten met een laag cardiovasculair risico (bruin en groen): evaluatie van het risico om de drie à vier jaar.

  • tabel-hartenvaatziekten

  • algoritme-hartenvaatziekten

  • Richtlijn:

    Dossier:

  • Vragen

    • leeftijd
    • (vraag 1) Neemt u medicatie voor een te hoge bloeddruk?
    • (vraag 2) Hebt u diabetes (suikerziekte)?
    • (vraag 3) Hebt u een hart- of vaatziekte (gehad)? (hartinfarct, beroerte, vaatvernauwing)
    • (vraag 4) Heeft uw vader of broer een hart- of vaatziekte voor 55 jaar (gehad)?
    • (vraag 5) Heeft uw moeder of zus een hart- of vaatziekte voor 65 jaar (gehad)?

    Verwerking

    • A = Age ≥50 jaar
    • B = Bloeddruk ≥140/90 mmHg of medicatie
    • C = ≥ Cigaret per dag
    • D = Diabetes mellitus type 2
    • E = Persoonlijk ischemisch Event (cardiaal, cerebraal of perifeer)
    • F = Familiaal ischemisch event (<55 jaar bij vader/broer, <65 jaar bij moeder/ zus)
    • Indien ≥50 jaar (A): Totaalcholesterol/HDL, SCORE
    • Indien vraag 1 positief (B): Totaalcholesterol/HDL, SCORE, proteïnurie, creatinine
    • Indien vraag 5 positief (C): Rookstopadvies
    • Indien vraag 2 en/of 3 positief (D en E): Hoog risico: geen SCORE nodig
    • Indien vraag 4 en/of 5 positief (F): Totaalcholesterol/HDL, SCORE

    Risico

    • SCORE 0-4%: laag risico
    • SCORE 5-9%: matig cardiovasculair risico
    • SCORE ≥10% of Eof D: hoog cardiovasculair risico